Verslag Papua Solidariteitsdag op 8 februari 2020 in de Johanneskerk te Amersfoort.

Thema: Wat is er aan de hand in Papua? Achtergronden en mogelijke oplossingen voor het geweld

De dag werd geopend door de dagvoorzitter, Vien Sawor, met een speciaal welkom voor de gast uit Papua: Theo Hesegem, verdediger van mensenrechten in Papua.

 

Herdenking slachtoffers van geweld en anderen. Henk v.d. Steeg: Theo Hesegem heeft de namen verzameld van 242 mensen die in Nduga ten gevolge van het militaire geweld daar zijn omgekomen. Om hen te gedenken branden hier op het podium evenzovele waxinelichtjes.  Uit de kring in Nederland willen we gedenken onze trouwe partner in de werkgroep Joop Roemajauw en Fred Ireeuw. Bovendien is vannacht de oudste zuster van Theo Hesegem overleden en ook die willen wij gedenken. Daarna stak Betty Ireeuw de kaarsen voor hen aan.

 

Als aanvulling op de herdenking lagen er in de zaal brieven ter ondertekening aan generaal Idham, hoofd van de Indonesische nationale politie, met het verzoek om vrijlating van 6 vreedzame demonstranten, een actie van Amnesty International.

 

Vien Sawor, net terug uit Papua: Er is al jaren iets aan de hand in Papua, maar nu is er echt iets veranderd. De mensen zijn wantrouwiger geworden, wanhopiger. Papua is een militair bezet gebied geworden. Op de studentenrellen in Surabaya zijn demonstraties gevolgd in Papua, eerst alleen tegen racisme, daarna ook voor recht op zelfbeschikking. Bij de demonstraties zijn 700 studenten gearresteerd en 3 gedood. Overheidsgebouwen werden in brand gestoken, ook in Wamena. Hierbij zijn 42 mensen omgekomen. Dat had nog meer kunnen zijn, maar Theo wist te voorkomen dat 400 migranten in de kerk werden aangevallen. De aanleidingen voor dit soort agressieve daden lijken vooropgezet. In Jakarta spreekt men over anarchie en stuurt nog meer militairen. Vien zag hoe er dagelijks nieuwe militaire eenheden aankwamen in Jayapura (van elders of nieuw).

De gouverneur en de kerken vragen om onderzoek, maar de lokale regering en de lokale mensen worden niet gehoord. Er zijn gelukkig ook NGO’s actief. Vien sprak met veel mensenrechtenactivisten en – organisaties die vol volharding en enthousiasme door blijven gaan. Deze groep vormt een deel van de mogelijke oplossingen. Laten wij hen helpen om vol te houden. Graag tijdens de workshops veel input geven hoe wij deze NGO’s kunnen versterken.

De volgorde van de sprekers werd aangepast, vanwege een probleem met de beamer.

Mw. Karin van den Broeke was voorzitter van de synode van de PKN van 2013 tot 2018. Sinds begin vorig jaar is zij lid van het uitvoerend comité (executive committee) van de Wereldraad van Kerken (WRK) en in die functie heeft zij vorig jaar in een breed samengestelde delegatie een bijzonder bezoek aan Indonesië en Papua gebracht. De filosofie achter dit bezoek: alle mensen van goede wil zijn op pelgrimage voor vrede en gerechtigheid en de weg moet in overeenstemming zijn met het doel, dus moet in vrede en gerechtigheid gelopen worden. De uitnodigende partij was de Indonesische Raad van Kerken en de vraagstelling: Hoe gaat het met de verhoudingen binnen Indonesië. In Jakarta is de groep in 5 subgroepen verdeeld. 4 zijn naar Papua gegaan en 1 naar Sulawesi. De rituele ontvangst in Papua was zeer hartelijk en ontroerend. In Jayapura heeft men als eerste met de vertegenwoordigers van de 4 verschillende Christelijke kerken gesproken: GKI, Kingmi, GIDI en Baptisten Kerk. Deze 4 kerken zijn voor het bezoek van de WRK gaan samenwerken. Na dit bezoek is 1 groep naar Merauke gegaan, 1 groep naar Manokwari, 1 naar Wamena en 1 is in Jayapura gebleven. De groep in Wamena heeft zeer indringende verhalen over Nduga en genocide te horen gekregen. Zelf is mw. Van den Broeke naar Merauke geweest om te horen: Wat speelt zich hier af, wat heeft zich hier afgespeeld en waar wilt u heen? In Merauke geen bos, maar overal rijstvelden en palmolieplantages. Eerste bezoek was bij de burgemeester, wiens advies was: Luister goed, want alles wat u hoort is waar. Bij de bevolking overal verhalen over de pijn van de landgrabbing door palmolieplantages en rijstvelden. Grond is bij de Papoea’s een gemeenschappelijk bezit en men nam nooit meer dan de aarde gaf. De agrarische  bedrijven kwamen met heel veel geld en boden dat aan 1 persoon aan. Die verkocht de grond, maar de rest wist er niets van. Zij zijn hun grond kwijt, eten en drinken is niet meer vanzelfsprekend, de sociale structuur is kapot. De mannen raken aan de drank, daardoor ontstaan spanningen met de vrouwen en de kinderen en de hele gemeenschap gaat onderuit.

Een ander onderwerp was het onderwijs. Indonesië doet haar best, maar het onderwijs sluit niet aan bij de waarden en de cultuur van de Papoea’s. De kinderen raken of los van thuis, of wantrouwen het onderwijs. Daarom wil men nu graag geld voor beurzen, zodat men zelf de kinderen naar plaatsen toe kan sturen waar men het onderwijs wel vertrouwt. Als de kinderen daar dan zijn opgeleid keren ze terug naar Papua en kunnen daar dan aan de slag.

Terug in Jayapura werd de delegatie ontvangen door de gouverneur. Zijn betoog was emotioneel en sloot volledig aan bij de verhalen die men overal elders had gehoord. De onderdrukking is door Indonesië en niet door de Nederlanders vroeger zoals de Indonesiërs het vertellen. De Indonesiërs zelf zijn de onderdrukkers.

Wat gaat de WRK nu doen met de uitkomsten van dit bezoek? Het is duidelijk dat de kerken een belangrijke rol spelen. We hebben gesproken met de leden van de Indonesische Raad van Kerken. Papua ligt heel gevoelig bij de Indonesiërs. Papua wil los van Indonesië en dat schept wantrouwen en wordt niet geaccepteerd. Gelukkig waren er ook een aantal Indonesiërs mee met de tocht van de WRK en hopelijk hebben die invloed op de rest. Daarna is men bij de Nederlandse Ambassade in Jakarta geweest.

Wat kun je doen. 1. Het verhaal vertellen en verder brengen, zowel binnen Indonesië als elders. 2. Wat is er aan structuur in Papua  die ondersteund kan worden.

 

Samuel van Voorn. Samen met Julia Jouwe oprichter van de Young Papua Collective. Men is hiermee begonnen om te laten zien dat de 3de generatie jongeren eensgezind is, en ze kijken niet naar politieke verschillen. Vroeger was men één, daarna kwam er een splitsing in een kamp Jouwe en een kamp Kaisiëpo. En daar zijn ook weer splitsingen in opgetreden. Jammer. Ondanks de verschillende ideologieën hebben we toch allemaal hetzelfde doel.

Daarnaast zijn er ook veel Papoea jongeren die niet binnen de gemeenschap zijn opgegroeid en niet het gevoel hebben dat ze Papoea zijn. Laat ze komen, lekker eten, muziek maken. Onze liedjes, die wij van onze ouders en grootouders weer geleerd hebben. In Papua kennen sommige jongeren deze liedjes niet meer! We kunnen ze hen weer leren. Ieder met een hart is Papoea!

Setia, jujur, mesra (trouw, eerlijk, innig verbonden)!

Samuel zong samen met Demi Koerni een lied van Sam Kapissah, de liedjesschrijver van Mambesak.

 

Theo Hesegem.

Theo begon met een dankwoord voor de uitnodiging en de mededeling dat zijn oudste  zuster  vannacht plotseling was overleden en hij moeite met zijn concentratie had.

Theo is mensenrechtenverdediger en heeft een stichting opgericht voor gerechtigheid en integriteit voor de mensen in Papua, vooral in het Bergland: Yayasan Keadilan dan Keutuhan Manusia Papua (YKKMP).

Hij vertelt over de situatie in Papua, vooral in Nduga. Hij gaat uit van wat hij weet, ziet, ervaart en hoort. Hij praat niet over politiek, maar is gericht op de mensenrechten.

Hij is 5 keer in Nduga geweest om te onderzoeken. Hij dankt de WRK voor hun komst naar Wamena. Hij heeft hen in contact met de slachtoffers uit Nduga gebracht, de kinderen  en de vluchtelingen. Zo konden ze met hen spreken. Bij de school vertelden de kinderen dat ze graag weer naar hun eigen kampung wilden, maar dat het gebied gesloten is en het leger er nu is. “ We moesten 4 dagen lopen om hier te komen. We hebben genoeg van het leven met Indonesië, wij willen vrij zijn.”

Hij heeft de commandant van de Veiligheidsdienst gevraagd de kinderen met rust te laten. Ook gevraagd om, als ze met de kinderen wilden praten, dat via hem te doen. Omdat de kinderen bang zijn voor militairen en vreemden.

In Papua zijn 4 grote problemen. 1. De opbouw van Papua is mislukt. Dit  geldt voor de infrastructuur, het onderwijs, de economie, de gezondheidszorg en andere gebieden. 2. De marginalisatie en de discriminatie van de inheemse bevolking van Papua. 3. Het geweld van de kant van de overheid en de schending van de mensenrechten door Indonesië is heel groot. 4. De geschiedenis van Papua is nog niet klaar. Via het referendum van 1969 is Papua door Indonesië overgenomen. Daarbij de mensenrechtenschendingen. De Papoea’s voelen zich machteloos en hebben zeker hulp nodig van buiten. Dat is de kern van het probleem in Papua.

Casus Nduga. Het begint met de aanleg van een weg van Wamena naar Nduga. Er is wantrouwen dat die weg bedoeld is voor het leger. Op 1 december hield de bevolking een feest ter voorbereiding op het kerstfeest, tevens is het de dag dat in 1961 de onafhankelijkheid van Papua in het vooruitzicht werd gesteld. De aannemer van het bedrijf, Johny Arung, was ook aanwezig en maakte ondanks het uitdrukkelijk verbod van de bevolking in het geheim foto’s. De OPM was woedend en wilde hem  oppakken. Hij ontkwam en vond toevlucht bij de kerk. De predikanten beschermden hem. De OPM was nog steeds kwaad, ging naar het kamp van de wegwerkers en nam hen mee, 19 man. Op 2 december zijn deze wegwerkers gedood. Op 3 december heeft de OPM een aanval op het kantoor van de militaire politie uitgevoerd. Op 4 december viel het leger aan, door de lucht en via de weg. Enkele dagen later is er een evacuatie team slachtoffers gevormd. Het team constateerde dat 4 van de wegwerkers verdwenen waren. Theo Hesegem heeft toen de commandant om toestemming gevraagd om  die 4 mensen op te sporen. Toen het onderzoeksteam op weg ging, was de Brimob (Mobiele Brigade) met 6 voertuigen ter plekke. “Zo konden wij niet verder. Als de OPM vuurcontact zou krijgen met de Brimob, zouden wij ertussen zitten”. Tegen de commandant heeft Theo gezegd: “De missie zelf is niet mislukt, maar men heeft de missie doen mislukken.”

Bij de militaire acties op 3 december zijn enkele mensen gedood, onder hen twee schoolkinderen. Vijf mensen werden vermist, duizenden mensen zijn gevlucht.  Onder de wegwerkers waren 21 slachtoffers, vier van hen worden vermist. Op 11 december heeft Theo bloemen gebracht bij de families van de slachtoffers. Theo ziet zichzelf als verdediger van de slachtoffers. En zolang er geen bewijzen zijn dat de slachtoffers militairen zijn, die door de OPM gedood zijn (er waren geen identiteitsbewijzen en geen wapens), gelden ze voor Theo als burgers. Vandaar dat onderzoek en die bloemen. Hij laat vervolgens beelden zien van gevolgen van operatie vanuit de lucht. Kinderen getroffen door bommen. De mensen die dit trof konden niet de plekken laten zien waar ze gevallen waren, want de bommen spatten uit elkaar, dus waarschijnlijk clusterbommen. Foto’s ook van slachtoffers van de aanvallen: iemand vanuit de lucht beschoten, iemand in een tuin beschoten, 20 keer geraakt, weggesprongen in een ravijn en zo overleefd.

Blijvend vermiste slachtoffers. Hiervan weet men nog niet of ze echt vermist zijn of dat ze gevlucht zijn. Misschien zijn ze veilig.

Operatie TNI: Het leger heeft alle huizen in Nduga overhoop gehaald en alle deuren kapot gemaakt. Theo heeft van elk huis foto’s gemaakt. Elk huis was kapot en alle bewoners gevlucht. Velen zijn naar het bos gevlucht, ook uit naburige kampongs. Voedsel is een probleem: de tuinen zijn door het leger verwoest doordat ze de varkens erin hebben gejaagd. Overdag kunnen ze geen vuren maken, want door de rook worden ze dan ontdekt en gebombardeerd. Een aantal ( 6000) is naar Wamena of Timika gevlucht. Theo houdt toezicht op de vluchtelingen in Wamena.

Distrikt Mapenduma. Theo is daar op 26 februari 2019 met een Cessna naar toe geweest. Het huis van het hoofd gezondheidsdienst en de kerk zijn door militairen bezet. In de kerk zijn alle deuren kapot gemaakt en alle spullen geroofd. De bevolking was weg toen hij kwam en alles was leeg. Hij heeft de mensen opgezocht, ze zaten in het oerwoud. Ze zijn bang voor de TNI en voor de OPM, want ze hebben beiden geweren. Theo is daarna naar de commandant gegaan en heeft hem gezegd geen wapens te gebruiken tegen deze mensen. “Tegen de OPM vechten, okay, maar deze mensen zijn burgers, daar mag je geen wapens tegen gebruiken.” Op de vraag waar de dominee was, werd door het leger gezegd dat hij gevlucht was. Maar hij was niet bij de mensen in het bos. Theo vond achter de kerk verbrande en omgewoelde grond. Is gaan graven en vond verbrande botten. Foto’s van gemaakt. Zijn botten lagen overal, zijn verzameld en worden bewaard voor de rechtszaak. Volgens de  kinderen van de predikant hebben de militairen hem gedood en vervolgens verbrand en begraven. Theo is hierover nog steeds in gesprek, want de commandant beweert dat hij nog leeft.

Een andere foto laat zien hoe iemand geslagen is met wapens en door het leger aan de hals met touwen opgetrokken en op het hoofd geslagen. De man is intussen overleden.

Foto van de school zonder onderwijzer en zonder leerlingen. Tot op vandaag gaat de operatie door en wordt er geen onderwijs gegeven. De huizen zijn leeg en de deuren kapot.

Teruggekomen heeft Theo gesproken met de veiligheidsdienst en de Kodam. Hem gevraagd het geval Nduga te onderzoeken. Theo zal verslag uitbrengen aan de commandant, want die heeft veel rapporten met leugenverhalen. Hij maakt foto’s van wat hij heeft gezien en gevonden en toont zo aan dat de rapporten niet deugen.

Theo vertelt van een vrouw die door de politie gevangen genomen is. Ze wist niet waarom ze gevangen was, men had geen reden op gegeven en er was geen arrestatiebevel. Theo vreesde voor haar mishandeling dan wel verkrachting. Pas toen hij zei, dat hij rechtshulp voor haar ging zoeken heeft men haar vrij gelaten.

Situatie vluchtelingen in Wamena. Er is een noodschool gebouwd voor 700 à 800 leerlingen. Maar er zijn veel problemen op het gebied van de taal, de onderwijzers en de leermiddelen.

Casus vijf vermiste mensen in Nduga. Bij navraag bleek dat ze op 20 september door militairen in Nduga waren doodgeschoten. Theo is op 9 oktober met de familie naar de plek gegaan waar ze begraven waren. Er lagen nog draagnetten van de vrouwen. Zij zijn gaan graven en hebben 1 lichaam gevonden. “Voordat ik erheen ging heb ik een garantie gevraagd voor mijn veiligheid”

Reconstructie: de vrouw van een predikant was naar Wamena gegaan voor boodschappen en had rijst gekocht. De zak met rijst heeft ze onderweg in een grot neergelegd, omdat de last te zwaar was. Militairen vonden de rijst, dachten dat het voor de OPM bestemd was en hielden vanaf een afstand de plaats in de gaten. De volgende dag kwamen 5 mensen uit het dorp om de rijst op te halen. Nog voordat ze bij de grot waren zijn ze door de militairen doodgeschoten. Met de familie is Theo ter plekke gaan zoeken, ze vonden nokens( draagnetten), kogels en verpakking van voedsel bestemd voor militairen. Onder takken en gras is men gaan graven en vond men het  lichaam van één van de vermisten. In onderling overleg werd besloten de overledenen met rust te laten. Een predikant sprak een gebed uit en het graf werd weer gesloten. Theo heeft hierover een rapport geschreven en dit aan de bevelhebber gegeven met foto’s als bewijs. Rapport en foto’s worden ook gestuurd naar de legerleiding in Papua en in Jakarta, naar de politie, de ambassades en Ministerie van Justitie.

Giften voor Theo Hesegem: Om te voorkomen dat er via de banken in Papua informatie over eventuele giften aan Theo Hesegem aankomt, is besloten de giften aan Theo via de Stichting Rajori van Vien Sawor te laten lopen. Het rekeningnummer t.n.v. Stichting Rajori: NL77 INGB 0008 1134 60 te Utrecht, o.v.v. YKKMP, Theo Hesegem

 

Fadjar Schouten

Begon met een dankwoord aan Theo omdat het erg belangrijk is dat de bewijzen worden verzameld en bewaard. Fadjar is coördinator van de Samenwerkende Organisaties voor West Papua. Deze organisatie stelt zich tot doel informatie te leveren over de (mensenrechten)situatie in Papua en wil een verbinding vormen tussen Nederland en West-Papua in de breedste zin van het woord. Hieronder vallen o.a. de SDSP, HAPIN, St Rajori, St Hari Bersatu, St Zelfbeschikking Zuid-Molukkers en Papoea’s en ook de Werkgroep Papua Solidariteitsdag.

Informatie over SOWP: info@sowp.nl

Oscar den Oude eigenaar het marketingbureau Keeper of Stories, coördineert een campagne waarbij er verhalen worden verzameld van mensen die een band hebben met Papua om Papua op een andere manier bekend te maken bij het Nederlandse publiek. Tijdens de dag worden foto’s gemaakt die bij deze verhalen worden gepubliceerd door Otto Ap. Geïnteresseerden kunnen mailen naar post@keeperofstories.nl.

Niels Hofsteenge is aan de Willem de Kooning Academie te Rotterdam bezig aan een afstudeer project over West Papua. Het project zal worden geëxposeerd tijdens de graduationshow van 9 tot 12 juli in de academie (Blaak 10, 3011 TA te Rotterdam, gratis te bezoeken).

Voor meer informatie of vragen kunt u mailen naar: nielshofsteenge@hotmail.nl.

 

Workshops.

Papoea Jongeren.

De jonge Papoea’s in Nederland zijn enthousiast en willen leren van hun oudere generaties. In de interactieve workshop is er door 3 groepen gebrainstormd  over de mogelijke doelen van het opgerichte jeugdcollectief: Cultuur ( muziek en dans), geschiedenis op de juiste manier ( niet zoals in Papua waar een geheel vertekend beeld gegeven wordt), respect en een bepaalde visie creëren.  Daarvoor hebben ze nodig: communicatie vaardigheden ( dialoog en verhaal), een open houding, bruggen kunnen bouwen om problemen te overbruggen en strategisch denken. Verder willen ze graag een uitwisseling met jongeren in Papua en interactie met hen aangaan door muziek te maken en gebruik te maken van social media. En tot slot: het werken voor de mensenrechten in Papua zoveel mogelijk ondersteunen.

Meer informatie over Young Papua Collective bij juliajouwe@planet.nl of samuelvanvoorn@outlook.com

 

 

Karin van den Broeke.

Hoe keken de Indonesische predikanten aan tegen wat zij in Papua hoorden? Lastig te zeggen. Een aantal problemen komen niet allen op Papua voor, bv.de oliepalmindustrie en houtkap. Verder zijn Indonesiërs trots op hun “geheel” zijn. Door het woord “West Papua” te gebruiken plaats je jezelf  in het kamp van de afscheiding en dat roept wantrouwen op. Mensenrechtenthema’s kun je aansnijden, maar niet de vrijheidseis. Wel was men onder de indruk van wat men zag en hoorde.

Samenvattend:

  1. De rol van de kerken is heel belangrijk in Papua:
  2. Het geeft een verbondenheid met kerken in andere delen van Indonesië.
  3. De kerken kunnen ook druk uitoefenen.
  4. Onderwijs is een groot probleem. Er moet en kan gezorgd worden, dat het onderwijs door de eigen cultuur gedragen wordt.
  5. De dialoog tussen Indonesië en Papua wordt bemoeilijkt door het verschil in taal en woordgebruik ( “West Papua” bijv), maar is dringend nodig om te werken aan een oplossing voor Papua.
  6. Een probleem in Nederland is de afwezigheid van de Pers als het over Papua gaat.

 

Theo Hesegem.

Hij benadrukt nogmaals hoe lastig het werken is tussen de samenleving en de Indonesische overheid. Hij moet zijn onderzoek doen in samenwerking met leger en politie. Doet hij dat niet, dan gaan alle deuren dicht. Onafhankelijk feiten verzamelen is heel belangrijk voor zijn onderzoek en daarvoor moet je wel tot op een bepaald niveau samenwerken met overheid, leger en politie. Zijn rapporten heeft hij naar het Ministerie van Justitie en naar het hoofd van leger en politie in Jakarta gestuurd, maar de Indonesische regering heeft tot nu toe niet gereageerd op zijn rapporten en heeft geen gehoor gegeven aan zijn oproep de zaken te herzien. Het is zwaar werk. Hij wordt bedreigd en onder druk gezet. Hij heeft nu een stichting opgericht, de Yayasan Keadilan dan Keutuhan Manusia Papua (YKKMP), die wij kunnen ondersteunen. Zo kunnen we ook hemzelf en zijn gezin ondersteunen. (Zie Giften voor Theo Hesegem). Evenzo zal het doorsturen van zijn rapporten via de samenwerkende Papua organisaties in Nederland naar de VN en elders in de wereld een ondersteuning zijn. Ook het staatsbezoek van de koning zal gebruikt worden om de situatie in Papua onder de aandacht te brengen.  In Nederland heeft Theo contact gehad met het Ministerie van Buitenlandse Zaken  en met mensen van de SGP en Groen Links. Theo’s doelen zijn

  1. internationale aandacht vragen, opdat de militairen uit Papua worden teruggetrokken.
  2. Yokowi moet eindelijk toestaan dat buitenlandse journalisten Papua mogen bezoeken.
  3. Ook in de VN en de EU vragen om aandacht voor Papua, voor het proces van de Speciale Autonomie. Hij wil dat men Indonesië vragen stelt over hoe dat proces verlopen is. Speciale Autonomie is nl. geheel mislukt en Indonesië praat daar niet over.
  4. Een dialoog met Jakarta over de situatie en de toekomstige status van Papua met daarbij een neutrale derde partij. Als die er niet komt is het over 30 jaar afgelopen met de Papoea’s.

 

De dag werd 0m 15.45u afgesloten met een meditatief gebed door Jos Donkers.

 

Tot slot zong men samen het Hai Tanahku Papua.